Dag 6: Door Salento
Naar het verste oosten van Italië
Vandaag maken we een rondrit, waarbij we de streek Salento doorkruisen. Het is het zuidelijke stuk van de hak, waarbij we tegelijkertijd het meest oostelijke puntje van Italië passeren.
Na een ontbijtje in Lecce zetten we koers naar Otranto. Het ligt aan de Adriatische kust en het oudste deel heeft een forse omwalling waar je via een poort doorheen moet. Ook dit stadje is van origine Grieks (Hydrus) en werd later door de Romeinen ingenomen. Het duurde even voordat het kwartje viel, maar ook Zuid-Italië werd ooit onderworpen door de Romeinen, net zoals Nijmegen destijds, zeg maar. Na de Romeinen kwamen de Turken de boel uitmoorden. Zo gingen er hier in 1480 meer dan 800 over de kling omdat ze geen moslim wilden worden. Niks nieuws onder de zon dus.
We hebben in de oude stad van de mooie zeezichten en de espresso genoten.
En niet te vergeten: van de basilica San Pietro, waar je door de crypte naar binnen liep. Dat bleek op zich al een basilica.
Intussen een extra kaart gekocht van Salento, want de andere hadden we in Lecce laten liggen.
We wilden lunchen in Santa Cesarea del Mare, maar dat is niet doorgegaan. We hebben ons een zak amandelen laten aansmeren door een doofstomme groenteboer en een Moorse ‘folly’ gefotografeerd. Verder was er niets te beleven.
Verder dus, langs de prachtige kustweg naar Castro, waarbij we het oostelijkste puntje passeerden. Dat plekje is gereserveerd voor de militairen. Kunnen ze de Grieken zien aankomen. Maakt niet uit. De natuur is mooi en alles staat in bloei. In Castro voor maar 12€ heerlijk geluncht. Zo kan het blijkbaar ook, en alles geserveerd door een alleraardigste dame.
Intussen werd het te laat om het zuidpuntje te ronden en dus besloten we dwars door te steken naar Gallipoli. Onderweg van verbazing gestopt in het plaatsje Diso. Het was opgeleukt met hoge witte versierhekken met feestverlichting over de hoofdstraat heen en niet zo’n klein beetje.
Door olijfvelden en een licht glooiend landschap reden we verder westwaarts naar Gallipoli. De naam staat voor “mooie stad” en het oude gedeelte is een schiereilandje met een kasteel en veel kerken.
De haven moet diep zijn, want een enorm cruiseschip zette de stad zo’n beetje in het donker.
We genoten (alweer!) van de mooie uitzichten, de koffie, de thee, en de smalle steegjes, waar de toeristen langzaam maar zeker beginnen toe te stromen.
Om 18:00 uur was de driehoek compleet en koersten we vlot naar Lecce voor de laatste avond aldaar.
Verder krijg ik het idee dat je hier meer van de Griekse klassieke beschaving te zien krijgt dan in Griekenland zelf. Ook mooie foto's!!