16 Naar Vic
15 juni 2022 - Tavèrnoles, Spanje
Ook in het gebied rondom Vic is het 30+C warm. Na het ontbijt (dat wat beter verzorgd is dan in La Seu d’Urgell) rijden we weer naar dezelfde parkeergarage. We weten nu hoe we erheen kunnen rijden, al blijft het een krappe bedoening daar onder de Plaça Major. Voordeel is wèl dat je meteen op dat plein bovenkomt en de “I” van information de tourisme is vlakbij.
Het boekje over Vic hadden we al, maar de I-mevrouw weet er wel beter de weg in. Er zit een goede toeristen wandeling in, die langs de meeste historische paleizen (Palaus) en kerken (Iglesias) voert. Kerken hebben nu het grote voordeel dat het koel is daarbinnen. In de paleizen zitten vaak musea of een bedrijf.
Vic was in de romeinse tijd al een stad. Er staat zelfs nog een romeinse tempel, en er is ook een romaanse brug over het riviertje.
Verder is Vic(h) nogal katholiek, want het herbergt een bisschop met alle tamtam er omheen, zoals een kathedraal (Sint Petrus), een bischoppelijk paleis en nog vele andere kerken, gewijd aan heiligen of congregaties.
Die kathedraal is een ecclectisch samenraapsel. Iedere heerser moest er zijn geld in steken of liet het kapot gooien.
De Romaanse toren is het oudst en dateert van rond het jaar duizend. In de kathedraal zelf zie je neoklassieke zuilen met ijzer bekleed en enorme beschilderde panelen. Voor een Spaanse RK oogt het interieur tamelijk bescheiden, maar dat komt natuurlijk omdat het barokgehalte hier wat lager is.
We komen langs een oud ziekenhuis, waar nu bejaarden worden verzorgd en we eindigen waar we begonnen zijn: op het Plaça Major. We lezen dat de bogen van de arcades zo hoog moesten zijn, dat een ruiter te paard eronderdoor kan. Daar keken we van op.
We vinden Vic een leuke stad, maar om een uur of half twee heeft de hitte ons te pakken. We duiken een gekoelde cafetaria in voor een boterham en veel koel water. Vlak daarvoor waren we de route uit het oog verloren, maar we hebben bijna alles gezien.
In onze hotelkamer is het koel en in het zwembad is het nog koeler. We krijgen handdoeken mee en zijn de enigen die er rondzwemmen. Onder de vijgenboom is het op zo’n stretcher goed toeven.
We leren intussen ook iets meer over de Parador. Het was in 1978 dat Catalunya meer autonomie kreeg. Het was in deze parador dat de twintig districts vertegenwoordigers dit in een statuut wilden vastleggen.
En die gebeurtenis moest weer worden gesymboliseerd door een kunstwerk met daaronder een kistje met grond van de twintig districten. Voor 1,8 miljoen pesetas (11000€) moest het destijds gemaakt worden. Kortom de Parador staat voor de trots van de Catalaan.
Vanavond, uit een beetje gemakzucht in de Parador gegeten. Het scheelt een uur rijden, maar ook een paar Euro extra. In een parador eten betekent bijna hollandse prijzen met stijve bediening, terwijl wij meer van het losse houden. De paella was weer anders dan we gewend zijn, hier geen gele, maar gebakken rijst en met weinig visbeesten.
Het uitzicht erbij was wel weer mooi natuurlijk.
Wat gaat de donderdag jullie brengen? Wat het ook wordt, geniet van het laatste Spaanse dagje 🥂⛱💃