Dag 04 Mousson

Het is mooi weer vandaag. We blijven een dagje om het erf en dus geen sncf-stress. We ontbijten eenvoudig met thee en een boterham op onze kamer, nog vol van het copieuze diner van gisteren. Daarna wandelen we naar de Place  Duroc voor een petit café en inkopen voor een lichte lunch.

We willen omhoog, naar Mousson, de plaats waar alles en iedereen hier iets aan te danken heeft. Daarboven op de heuvel liggen de ruïnes van een oud kasteel. In verband met Tony’s knie nemen we de auto voor het korte ritje naar het kasteeldorp. Het stelt niet veel voor, maar de resten van het kasteel liggen er mooi bij en de vergezichten zijn prachtig. Vriend Nico had ons verteld dat hij rijdend tussen Metz en Nancy altijd die bult ziet liggen en er wel eens een keer tegenop wilde fietsen.

Dick had gezien dat hier wat caches zijn te vinden en dat is een leuke manier om de omgeving nader te verkennen. Via smalle wegen klauteren we naar de ruïne, le bute, waar een doorzichtige kapel staat en je op de Moselle met brug en abdij neerkijkt. We genieten van onze picknick met brood, kaas en als toetje een appel van buuf Kitty.

Via een ander weggetje rijden we terug naar beneden. De parkeerplaats bij de abdij is inmiddels vol, maar Dick vindt een plekje in de buurt. Weer op de kamer nemen we even pauze, maar niet te lang want we zijn nieuwsgierig naar het PAM museum; met name  vanwege de aanvulling; “Musee de fil de papier”.  Het is zo’n museum waar bijna niemand komt, maar waar je veel kunt leren over de stad Pont à Mousson (PAM). Vanaf 1200 ligt hier al een brug, die voortdurend is vernieuwd. Het blijkt dat de noordkant bij de parochie Metz hoort (incl onze abdij) en het stadje zelf tot Toul (ook een oude stad) hoort. Ook hier is veel gevochten om de stad en die brug, waarbij het interessant is te vermelden, dat hier in 1572 een universiteit werd gesticht (zo oud als Leiden). Lodewijk XV verhuisde de boel naar Nancy. Toch vinden we heden ten dage hier nog enorme school complexen. We struikelden over de leerlingen, die hier ook stiekem roken en vooral e-sigaretten. Eigenlijk zie je dat er hier meer wordt gerookt dan bij ons in nl. Dick suggereert dat het beter was geweest om te lopen tegen longkanker dan tegen borstkanker op rose oktober.

Op de hogere verdiepingen vinden we een papier-maché tentoonstelling. Dat was destijds een belangrijke industrie. Het gaan om lagen papier, waarvan spulletjes worden gemaakt die worden gelakt. Zoals Japanse lakdoosjes, vazen, tafeltjes, reisdozen etc. Nu zouden we er plastic voor gebruiken. Het was destijds een goedkope en vooral lichte oplossing voor allerlei sier- en gebruiksvoorwerpen.

Na het museum is er thee en koffie op “ons” arcadeplein.

Vanavond prikt Tony een resto aan de noordkant. Het is maandag en dan moet je blij zijn als iets open is. We rijden een soort industrieterreintje op en eten in een vrij modern ingerichte zaak:

Le relais d’Elsace. Een van alles en nog wat restaurant waar Dick voor de sla en een 0% biertje en Tony voor kabeljauw met witte wijn gaat.