B. Tussen Spanje en Portugal

4 juli 2018 - Tui, Spanje

Het klooster in Tui is rust. Kleine raampjes met dikke muren markeren de cellen van vroeger, die   aan de kloostertuin liggen. Het geheel is nu in een modern jasje gegoten. Ons kamernummer is 007, en Dick kan niet nalaten te zeggen dat hij James Bond is bij het ophalen van de sleutel.

Het ontbijt is luxueus met veel lekkernijen om er tot diep in de middag mee door te komen, maar geen chique espressoapparaat, Emely. Voor ons niet erg, want wij theeleuten zo vroeg in de ochtend. 

Vanmorgen over de spoor-, auto- en wandelbrug naar Portugal gelopen, naar het Fort Valença, waar we enkele jaren geleden hebben vertoefd in de pousada van Sao Teotonio, naar de eerste heilige van Portugal. Leuk om nog eens door de bekende straatjes te lopen van het stevig ommuurde fort met tig poorten en poortjes. En goede koffie. We wisten het nog: “Dois bica’s por favor!”

Daarna in een kleine drie kwartier weer teruggewandeld naar Spanje, naar onze eigen parador.

Het weer leek twijfelachtig, maar zoals gebruikelijk viel het mee. Bij 21 graden is het prima buitenweer. Daarom naar de monding van de Minho gereden, naar het plaatsje A Guarda. Je moet  er met de auto flink omlaag, maar eenmaal beneden wachtte ons  een gezellige haven en veel restaurantjes. We hielden het bij een lichte lunch die bestond uit judias (snijbonen) in een saus met spekjes, en een gemengde sla. Voor ons, ouderen, ruimschoots voldoende. Kleine koffies heten hier weer espresso’s in plaats van bica’s in Portugal. 

Het oude Guarda lag boven, dat was destijds een stuk veiliger. Het is hier sowieso allemaal oeroud, want er zijn hier nog Keltische ruines. We hebben ze met rust gelaten.

We wilden wat zuidelijker terugrijden. Prompt stuurde onze tomtom ons over Portugal terug langs de zuidkant van de Minho. Onze telefoons worden tureluurs van de Telfort sms-jes, die ons voortdurend verwelkomen in een nieuw land.

Foto’s